In maart stelden de fracties van VVD en Deventer Sociaal het college voor het eerst vragen over de situatie bij de Werkmakelaar Oost.
Ondertussen is het juni en is het faillissement van de werkmakelaar uitgesproken.
Mede naar aanleiding van onze vragen heeft de wethouder een evaluatie laten uitvoeren naar de gang van zaken bij de werkmakelaar Oost.
Deze evaluatie en een feitenrelaas zijn afgelopen week aangeboden aan de raad.
Uit artikelen in de Stentor die direct na het verschijnen van de evaluatie zijn gepubliceerd kan worden opgemaakt dat de informatie naar de raad opnieuw niet volledig is geweest.
In tegenstelling tot wat de wethouder de raad in de evaluatie meld waren er in 2017 al financiële problemen bij de werkmakelaar, tevens meld de Stentor dat signalen en meldingen over misstanden bij dit bedrijf wel zijn gemeld en dus bekend moeten zijn geweest bij de wethouder.
Afgelopen woensdag 13 juni j.l stond de evaluatie ter bespreking op de agenda van de raad.
Tijdens deze bespreking spraken drie ex-medewerkers van de werkmakelaar in.
De ervaringen die deze mensen daar met ons deelden waren schokkend en bevestigde de verhalen die al eerder bij onze fractie zijn binnengekomen en de berichtgeving uit de krant.
De fractie van Deventer Sociaal heeft hierop een verzoek gedaan voor een verantwoordingsdebat met de wethouder.
De wethouder moet in dit debat uitleggen hoe het kan dat de raad al sinds afgelopen maart niet volledig is geïnformeerd. Maar nog belangrijker hoe het kan dat mensen in een afhankelijke positie op deze manier kunnen worden behandeld en er vervolgens niet is ingegrepen.
Het debat met de wethouder zal plaatsvinden in de raadsvergadering van 27 juni.